Literatuur
Een zoektocht in elektronische databanken en communicatie met de European Pathways Association brachten drie ‘sentinel’ artikelen aan het licht die de kenmerken van een klinisch pad beschreven: Campbell et al., De Bleser et al. en Vanhaecht et al. . De Bleser et al. onderzochten de vele termen die gebruikt worden om een klinisch pad te beschrijven via een uitgebreide review van de literatuur en leidden de belangrijkste kenmerken af in een poging om de internationale verwarring over de definitie van een klinisch pad aan te pakken. Campbell et al. beschreven klinische paden in de context van hun relatie tot klinische richtlijnen, terwijl Vanhaecht et al. eerdere studies samenvatten om te bepalen of hun overzicht van auditinstrumenten gemeenschappelijke kenmerken van klinische paden opleverde. Een samenvatting van de door deze studies geïdentificeerde kenmerken wordt gegeven in tabel 1.
Criteria
De volgende vijf criteria werden afgeleid uit de drie hierboven genoemde verklikkersartikelen: (1) de interventie was een gestructureerd multidisciplinair zorgplan; (2) de interventie werd gebruikt om de vertaling van richtlijnen of bewijsmateriaal naar lokale structuren te kanaliseren; (3) de interventie detailleerde de stappen in een behandelings- of zorgtraject in een plan, pathway, algoritme, richtlijn, protocol of andere ‘inventaris van acties’; (4) de interventie had tijdskaders of een op criteria gebaseerde progressie (dat wil zeggen dat stappen werden ondernomen als aan de aangewezen criteria was voldaan); en (5) de interventie had tot doel de zorg voor een specifiek klinisch probleem, een specifieke procedure of een specifieke episode van gezondheidszorg in een specifieke populatie te standaardiseren.
Level van overeenstemming en definitieve criteria
Deze criteria werden door drie van het team getoetst op vijf papers. Als de in het artikel beschreven interventie aan alle vijf criteria voldeed, werd deze beschouwd als een klinisch pad. Dit resulteerde slechts bij twee van de vijf artikelen in overeenstemming tussen de beoordelaars. Het was duidelijk dat het grootste obstakel voor overeenstemming over alle vijf de criteria de gebrekkige rapportage van de interventie was. Om dit probleem op te lossen werden de criteria ongewijzigd gelaten, maar werd het relatieve belang ervan aangepast. Een interventie werd gedefinieerd als een klinisch traject als het een gestructureerd multidisciplinair zorgplan betrof en aan ten minste drie van de overige vier criteria werd voldaan (dat wil zeggen dat aan het eerste criterium en aan drie van de overige vier criteria werd voldaan). Dit gewijzigde schema van essentiële criteria werd vervolgens getest door het toe te passen op nog eens vijf documenten. Na toepassing van het gewijzigde schema met criteria waren de drie beoordelaars het voor 100% eens over de vraag of een interventie een klinisch pad was. Dit schema werd vervolgens door de reviewgroep overgenomen en toegepast op studies die door de zoekstrategie voor de systematische review waren geïdentificeerd.
Toepassing van de criteria
De gewogen criteria werden toegepast op 260 full text artikelen. Twee reviewauteurs hebben onafhankelijk van elkaar de artikelen gescreend om te beoordelen welke studies voldeden aan de criteria voor een klinisch pad en aan de methodologische kwaliteitscriteria van Cochrane. De methodologische criteria van Cochrane hebben betrekking op de minimale kwaliteitsnormen voor kwantitatieve studies met gerandomiseerde gecontroleerde trial, gecontroleerde klinische trial, gecontroleerde voor-en-na en onderbroken tijdreeks studie ontwerpen. Onopgeloste meningsverschillen over inclusie werden doorverwezen naar een derde beoordelaar. In totaal werden 63 papers uitgesloten omdat ze niet voldeden aan de criteria voor het definiëren van een klinisch traject. Slechts twee studies moesten worden doorverwezen naar een derde beoordelaar vanwege onenigheid over een studie die voldeed aan de minimale definitiecriteria.
In totaal 27 studies werden zowel op definitie- als op methodologische criteria opgenomen in de uiteindelijke beoordeling. In totaal noemden 14 studies hun interventie een klinisch pad, terwijl 8 andere naar hun interventie verwezen als een ‘protocol’. Geen enkele andere term werd meer dan één keer gebruikt. De overige termen die werden gebruikt voor wat wij als een klinisch pad hebben opgenomen, waren ‘zorgmodel’, ‘zorgkaart’, ‘multidisciplinaire zorg’, ‘evidence-based zorg’ en ‘richtlijn’.