Oostelijke Grijze Kangoeroe’s leven op open grasland en in beboste kustgebieden van Oost-Australië en Tasmanië en zijn degenen die je rond Sydney het meest in het wild zult zien.
Dieet
De Oostelijke Grijze Kangoeroe is overwegend een graasdier met specifieke voedselvoorkeuren. Het zijn herbivoren, met een voorkeur voor grassen, maar ze eten een hele reeks planten, waaronder, in sommige gevallen, schimmels. Bij de grassen geven ze de voorkeur aan jonge groene scheuten die rijk zijn aan proteïnen.
Droog gras is voor hen moeilijk te verteren. Omdat het nachtdieren zijn, verzamelen grote groepen zich in de schemering om zich te voeden waar het voedsel het meest overvloedig is. Het broeden gaat het hele jaar door en bereikt een hoogtepunt in de zomer.
Het pasgeboren ‘joey’, dat minder dan een gram weegt, wordt zesendertig dagen na de paring geboren. Het klimt zonder hulp in de buidel en hecht zich kort daarna vast aan een van de vier spenen. De jonge kangoeroe wordt in de buidel grootgebracht tot hij buiten kan overleven. Na ongeveer 9 maanden begint het jong de buidel te verlaten, maar het blijft van tijd tot tijd zogen. Een joey wordt onafhankelijk als hij ongeveer 18 maanden oud is.