Vernoemd in de Bijbel als de stad van Jezus, Kapernaüm is gelegen aan de noordelijke oever van het Meer van Galilea, in het noorden van Israël.
Het ligt dicht bij vele andere belangrijke bijbelse plaatsen, zoals Tabgha, de Kerk van de Zaligsprekingen, en de Kerk van het Primaat van St. Petrus, die alle vaak worden genoemd in het Nieuwe Testament.
Jezus in Kapernaüm
De naam ‘Kapernaüm’ heeft zijn oorsprong in twee Hebreeuwse woorden: kfar’ betekent dorp en ‘Nachum’ is de naam van een man – Nachum’s dorp. Het is niet duidelijk naar welke Nachum de naam verwijst.
Bij de ingang van Kafarnaüm staat een bord met de tekst ‘Kafarnaüm de stad van Jezus’. Ook in het Nieuwe Testament wordt Kapernaüm de stad van Jezus genoemd.
Hoe komt het dat dit kleine dorp, en niet Jeruzalem of Nazareth, de stad van Jezus is geworden?
Jezus werd geboren in Bethlehem en groeide op in Nazareth.
Nadat hij door Johannes de Doper in de Jordaan was gedoopt, keerde Jezus terug naar Nazareth. De mensen van Nazareth verwierpen hem echter en daarom reisde hij naar Kapernaüm.
Jezus bezocht Jeruzalem vele malen en dat is waar hij werd gekruisigd, begraven en herrees, maar de tijd die Jezus in Jeruzalem doorbracht was relatief kort.
Kapernaüm is de plaats waar Jezus woonde toen hij zijn missie uitvoerde.
De meeste hoofdstukken in het Nieuwe Testament beschrijven wat er gebeurde toen hij in Kapernaüm woonde – van zijn doopsel tot de laatste week van zijn leven.
Jezus koos zijn twaalf discipelen in dit gebied aan de noordelijke oever van het Meer van Galilea. Vijf van hen – Petrus, Andreas, Jacobus, Johannes en Mattheus – kwamen rechtstreeks uit Kapernaüm en alle andere discipelen kwamen uit de omgeving van Galilea.
De enige die niet uit Galilea kwam was Judas Iskariot, die later Jezus zou verraden.
Kapernaüm wordt in het Nieuwe Testament meer dan vijftig keer genoemd, waarmee het na Jeruzalem de meest genoemde plaats is.
De leringen, allegorieën en prediking van Jezus vinden hun oorsprong in dit gebied – hij spreekt over water, schepen, vissen en vissers.
Jezus koos ervoor om in Kapernaüm te wonen en niet in Tiberias, wat een grotere en belangrijkere stad was, omdat hij dicht bij de Golan wilde zijn.
Herodes Antipas regeerde over Galilea en vervolgde de volgelingen van Jezus. Hij was het die Johannes de Doper vermoordde.
Herodes Filippus II regeerde in de Golan en hij vervolgde de eerste christenen niet. En dus zou Jezus in tijden van gevaar gemakkelijk naar de Golan kunnen uitwijken.
Hij wilde in Galilea blijven omdat daar de meeste Joden woonden.
Hoewel Kapernaüm een klein dorp was, lag het dicht bij een belangrijke weg die naar Damascus leidde. Het was een goede plaats om mensen te ontmoeten en te beïnvloeden.
Kapérnaüm in Jezus’ tijd
Bij de ingang van het dorp staat een gebouw dat lijkt op een spaceshuttle. Deze kerk is in 1990 door de Franciscanen gebouwd. De Franciscanen kochten het terrein in 1894 en groeven het op alvorens het te bebouwen.
Vele kerken in Israël integreren de archeologische vondsten van oude kerken die eerder waren verwoest.
In dit geval besloot men een moderne kerk te bouwen die boven de oude kerk zweeft, ondersteund door externe pilaren.
De kerk heeft een achthoekige vorm die de aandacht vestigt op het centrum, waar zich een glazen vloer bevindt. Zij bevindt zich boven een oude ruimte die is geïdentificeerd als het huis van de H. Petrus.
Dit wordt beschouwd als de eerste plaats van samenkomst van de volgelingen van Jezus – de eerste kerk.
De plaats is ook bekend onder zijn Latijnse naam – Domus Ecclesia. Het huis van Petrus is gelegen in een gebied met eenvoudige woningen, dat later bekend werd als Insula Sarca, oftewel de heilige wijk.
Het huis wordt in het Nieuwe Testament genoemd als de plaats waar Jezus de schoonmoeder van Petrus genas, naast vele anderen.
Vanaf het midden van de 1e eeuw werd het huis beschouwd als een bedevaartsoord.
Op de pleisterlagen op de muren werden inscripties gevonden die Jezus in een paar talen vermelden, alsmede andere christelijke symbolen.
Archeologische vondsten wijzen erop dat de plaats gedurende enkele generaties werd onderhouden en bezoekers aantrok.
In de 5e eeuw werd op deze plaats een achthoekige kerk gebouwd, die in teksten van pelgrims wordt genoemd. In de 8e eeuw werd de kerk verwoest.
Op het plein voor de kerk staat een modern standbeeld van de H. Petrus met sleutels en een herdersstaf.
Het standbeeld werd opgericht in het jaar 2000, voor het bezoek van paus Johannes Paulus II.
De heilige Petrus wordt beschouwd als de eerste paus en daarom zijn plaatsen die met Petrus verbonden zijn belangrijk voor katholieke pelgrims.
Maar Kapernaüm is belangrijk voor alle volgelingen van Jezus, omdat het een van de weinige plaatsen is die men daadwerkelijk kan zien. Bezoekers kunnen door een plaats lopen die sinds de tijd van Jezus vrijwel onveranderd is gebleven.
De Synagoge in Kapernaüm
Noord van de kerk staan enkele eenvoudige basalthuizen. Er zijn geen riolerings- of afvoersystemen gevonden. Kafarnaüm was een kleine tot middelgrote stad. De meeste inwoners waren vissers of boeren. De grote witte synagoge staat in contrast met de kleine zwarte huisjes eromheen.
De synagoge werd in 1838 ontdekt en opgegraven door Heinrich Kohl en Carl Watzinger, twee Duitse archeologen die onderzoek deden naar oude synagogen in Galilea.
De synagoge werd gebouwd in de 4e of 5e eeuw. De witte kalksteen, die van veel verder werd aangevoerd, en de versieringen wijzen erop dat hier in de Byzantijnse tijd een welvarende Joodse gemeenschap leefde.
De meeste bezoekers komen hier tegenwoordig niet om de schoonheid ervan te bewonderen, maar omdat het in het Nieuwe Testament wordt genoemd. Hoewel het vijfhonderd jaar na Jezus’ tijd werd gebouwd, beweren de Franciscanen dat de synagoge die daadwerkelijk uit Jezus’ tijd stamt, zich onder de huidige bevindt.
Het is een redelijke bewering, aangezien op veel plaatsen synagogen bovenop oude synagogen werden gebouwd (net als kerken).
In de synagoge vond op een zaterdag een wonder plaats: Jezus verdreef een onreine geest uit een man (Lucas 4, 31-35). Interessant genoeg was de door de demon bezeten man dezelfde die Jezus identificeerde als ‘een van God’.
De boze was de eerste die de goede identificeerde.
In de synagoge verduidelijkte Jezus ook een van zijn belangrijkste wonderen – de vermenigvuldiging van de broden en de vissen.
Hij legt uit wat het belang is van brood in het christendom en wat de betekenis is van de mis.
In de archeologietuin rond de synagoge staan zuilen en kapitelen die bij de opgravingen zijn gevonden. Op sommige daarvan zijn joodse symbolen te zien.
Hoewel Jezus vele wonderen verrichtte, kwam hij uiteindelijk om het volk te vervloeken en te verklaren dat hun lot erger zou zijn dan dat van het volk van Sodom vanwege hun ongeloof.
Maar Kapernaüm bleef nog vele jaren bestaan. Kapernaüm nam niet deel aan de opstanden die in de 1e en 2e eeuw plaatsvonden. Honderden jaren lang leefden zowel Joden als niet-Joden die in Jezus geloofden naast elkaar.
Pas in de islamitische tijd, in het midden van de 8e eeuw, werd Kapernaüm verwoest, waarschijnlijk tijdens de grote aardbeving van 749.
Het hedendaagse Kapernaüm
Meer dan duizend jaar bleef de plaats van Kapernaüm onbekend, totdat de Britse archeoloog Charles Wilson de plaats in 1866 identificeerde. De Franciscanen kochten het grootste deel van de site aan het eind van de 19e eeuw en begonnen met opgravingen.
Heden ten dage is Kapernaüm een archeologische site die wordt beheerd door de Franciscanen. Ernaast staat de Grieks-orthodoxe kerk van de Heilige Apostelen.
Entreegeld: 3 sjekels
Openingstijden: 8:00-17:00
Voor meer informatie: Capernaum internet site
Bestel mijn 3 boekjes – Jeruzalem, Tel Aviv en Masada – nu direct bij mij voor 19€ en krijg de PDF en EPUB versie er gratis bij! Of koop de PDF of EPUB voor 9.90€. Bekijk al mijn merch. De boekjes zijn ook verkrijgbaar op Amazon.