Elon Loves Grammar

Zo lang ik me kan herinneren, heeft mijn moeder me ingeprent dat ik nooit “This is her” moet gebruiken als ik de telefoon opneem of als iemand me vraagt naar mijn identiteit. Daarom wil ik, telkens als ik iemand dit onjuiste gebruik hoor maken, hem onmiddellijk corrigeren. Dit grammaticale probleem doet zich het vaakst voor bij het beantwoorden van de telefoon. Ik denk dat het heel belangrijk is dat mensen de juiste vorm kennen, zodat ze niet in verlegenheid worden gebracht wanneer ze spreken met een mogelijke werkgever of een andere belangrijke gezagsdrager. Vooral voor werkgevers betekent de eerste indruk alles, en zo’n vergissing kan iemands kansen op een bepaalde baan in de weg staan, vooral in de huidige economie met weinig kansen op werk. Zelfs de eenvoudigste dingen kunnen grote gevolgen hebben. Ik heb al eerder werkgevers gesproken die geïrriteerd raakten door grammaticale fouten omdat deze onprofessioneel overkomen. Daarom voel ik de behoefte om dit te posten, zodat niemand van ons deze fout maakt.
Zoals we hebben geleerd, nemen voornaamwoorden de plaats in van het zelfstandig naamwoord en zijn er drie verschillende gevallen van voornaamwoorden: nominatief, bezittelijk en objectief (1). In dit voorbeeld gaat het om voornaamwoorden in de nominatieve naamval. Het nominatief geval wordt gebruikt voor de voornaamwoorden ik, hij, zij, wij, zij, en wie (1). Deze voornaamwoorden worden gebruikt als ze het onderwerp hernoemen (1). De makkelijkste manier om te begrijpen welke vorm je moet gebruiken is door de zin om te wisselen, zoals we in de les hebben besproken. Bijvoorbeeld, als een zin zegt: “De enige die uitgenodigd was, was zij”, dan kan hij omgedraaid worden tot: “Zij was de enige die uitgenodigd was.” (1) Dit is de juiste vorm in plaats van: “Zij was de enige die uitgenodigd was.” Zonder enige grammaticaregels te kennen, is het gemakkelijk te horen dat de uitspraak niet correct klinkt. Daarom, als je “Dit is zij” omdraait, zou er staan: “Zij is dit”. Dat klinkt veel beter dan “Zij is dit”. Om het onjuiste voornaamwoord niet te gebruiken, zeggen veel mensen gewoon “Spreekt”, maar het is waardevol om te weten welk voornaamwoord je moet gebruiken.
Toen ik laatst mijn huisgenote de onjuiste vorm hoorde gebruiken, ging ik vervelend doen en haar corrigeren, waarop zij mij vroeg waarom dat de juiste vorm was. Ik kon haar niet goed uitleggen wat de juiste reden was, behalve dat mijn moeder lerares Engels was en ze dus wel moest weten waar ze het over had. Nu weet ik zeker wat het juiste gebruik is, en kan ik mensen uitleggen waarom het niet juist is. Hopelijk kunt u dat nu ook!
Works Cited:
Ellsworth, Blanche and Higgins, John A. English Simplified. New York: Pearson
Education Inc, 2007.
Caroline Adams

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.